Dorry Keijsers uit Horst

1 apr 2023, 08:02 Geplukt
Afbeelding

Vrijwel dagelijks is ze te vinden in de Huiskamer van de Norbertuswijk in Horst. Niet alleen om haar eigen deelkastje aan te vullen met nieuwe producten, maar ook omdat ze bijspringt bij allerlei andere activiteiten. Ze doet het graag, want ondanks enkele omzwervingen heeft ze haar hart verpand aan Horst. Inmiddels geniet ze van vervroegd pensioen, maar vervelen doet ze zich geen seconde. Deze week wordt Dorry Keijsers (64) uit Horst geplukt.

‘Waar kan ik mee helpen?’ Deze vraag stelt Dorry Keijsers zichzelf regelmatig, vertelt ze. Het is haar grote drijfveer: andere mensen, die het wat minder breed hebben en mede daardoor wellicht ook wat minder goed in hun vel zitten, hulp bieden. Dat doet ze onder andere met haar eigen deelkastje, dat een plekje heeft in het huis van de wijk in de Horster Norbertuswijk. Het staat vol met levensmiddelen en verzorgingsproducten. “Men weet de weg naar het kastje goed te vinden. Niet alleen mensen uit de wijk, maar ook uit de wijdere omtrek. Iedere dag vul ik het kastje aan. Ik zou graag meer doen en specifieke hulp bieden aan mensen die het nodig hebben, maar je merkt dat er toch nog een bepaalde schaamte heerst. Je loopt er niet mee te koop dat je gebruik moet maken van een deelkastje of de voedselbank. Toch lukt het regelmatig om specifieke hulpvragen te beantwoorden. Het geeft een enorm voldaan gevoel wanneer dat lukt.”

Non

Dat er flink wat vrije tijd gaat zitten in het beheren van het kastje, deert Dorry dan ook geen seconde. Ze is altijd al een aanpakker geweest. “Als oudste van vier kinderen ben ik geboren op de Doolgaardstraat.” Daar zou ze als kleine meid een jaartje naar de Doolgaardschool gaan, maar dat werd niet echt een succes. “Dat vond ik zo overweldigend. Het beeld van de non die daar rondliep staat me nog helder op het netvlies. Na een paar uurtjes belden ze m’n ouders, dat ze me maar weer moesten ophalen”, lacht Dorry. Het gezin Keijsers verhuisde niet veel later naar de Norbertuswijk. “De kleuterschool lag naast de deur. Dat ging gelukkig stukken beter. Mam hoefde me maar over de heg te tillen en ik was op school. Daar was ik als een vis in het water.”

Op kamers 

Bijna zestig jaar later woont Dorry nog steeds in de Norbertuswijk, al gingen daar wel een aantal omzwervingen aan vooraf. “Leren zat niet zo in mijn systeem. Ik kon het wel, maar wilde het niet. Daarom zocht ik na de middelbare school een studie waar ik snel mee klaar zou zijn, zodat ik vlug kon gaan werken. Dat werd een opleiding tot apotheker- en doktersassistente in Eindhoven. Mijn vader regelde dat ik in Horst bij de apotheek aan de slag kon.” Lang duurde dat echter niet. Horst werd al gauw te klein voor Dorry. “Ik zat in de puberteit en vroeg me af wat Horst me eigenlijk te bieden had. Een vriendin wees me op een baan bij een apotheker in Veenendaal. Ik ging er aan de slag en betrok een kamer in Utrecht. Dat was heerlijk. Utrecht is een schitterende stad en ik genoot met volle teugen van het uitgaan daar.” Toch was niet alles beter aan haar nieuwe leven, ondervond Dorry al snel. “Hoe mooi Utrecht ook was, het werk in Veenendaal beviel niet. De bevolking was enorm gereformeerd, en dat strookte niet met reguliere medicatie. Dat botste regelmatig en paste gewoon niet bij me.” Na een jaar vertrok Dorry. Ze was er intussen achter dat Utrecht ook niet helemaal haar ding was. “De stad was net iets te groot. Ik ben gaan werken bij een artsenmaatschap, waaronder drie praktijken vielen. Ik vertrok uit Utrecht en ging wonen in het centrum van Roermond. Een geweldige tijd, waar ik ben gevormd tot wie ik nu ben.”

Terug naar Horst

Toch landde Dorry uiteindelijk weer in Horst. “In de weekenden bleef ik regelmatig terugkeren naar mijn geboortegrond. Ik kon Horst niet helemaal loslaten, al heb ik zeven jaar in Roermond gewoond. Toen ik twijfelde over mijn toekomst, kwam me een vacature in Venray ter ore. Een oud-leraar van me zocht iemand voor ZiekenhuisApotheek en Laboratorium Venray (ZALV). Op vrijdag ging ik bij hem op gesprek en op maandag kon ik beginnen. Dat was eventjes schrikken. Zeker toen ik thuis zag dat het die maandag 1 april zou zijn. Ik heb vervolgens nog gebeld of ik hij me niet in de maling nam, maar dat bleek toch echt niet het geval”, vertelt Dorry lachend. Met veel plezier ging ze aan de slag bij ZALV, waar ze zich al gauw op wist te werken tot teamleider. Ook de terugkeer naar Horst beviel. Niet in de laatste plaats omdat ze daar ook de liefde vond.

Leike

“Miene Leike”, zegt Dorry liefkozend over die liefde. “Natuurlijk had ik weleens wat losse relaties, maar echte liefde vond ik pas op latere leeftijd. De manier waarop dat ging, is ook niet alledaags”, begint ze haar verhaal. “Ik heb op veel plekken gewoond, maar toch kwam ik bij een ‘Horster jong’ uit. Sterker nog: hij woonde vroeger bij me om de hoek.” Tientallen jaren later was het de poetsvrouw die Dorry wees op het bestaan van Lei. “’Ik weet een leuke jongen voor je’, zei ze. Kameraden van Lei bleken hetzelfde tegen hem te zeggen, over mij. Lei begon me vervolgens ongevraagd te bellen. Hij liet er geen gras over groeien. Daar hield ik helemaal niet van. Toen er een bos bloemen werd bezorgd, met daarin ook een bot voor mijn hondje, was ik het zat.” Dorry had meer dan genoeg van de avances van de voor haar nog immer onbekende Lei. “Mijn leven zonder man was prima. Ik kon doen en laten wat ik wilde. Had een leuke baan, kon veel reizen en had fijne vrienden. Toch bleef hij maar contact zoeken. Erg opdringerig allemaal. Ik besloot hem persoonlijk te gaan vertellen wat ik daar van vond. We spraken af in een café aan de Venrayseweg. Het was een vooropgezet plan, zo bleek. In een hoek zaten vrienden van Lei, in een andere hoek bekenden van mij.” Dorry kan er jaren na dato nog smakelijk om lachen. “Toen ik Lei daar zag zitten, sloeg toch de vonk over. Ik kende zijn broer en zus, maar wist helemaal niet van zijn bestaan. Vanaf dag één zat het vervolgens goed tussen ons. Daar mogen onze vrienden ons nog regelmatig aan herinneren.”

Omslag

De liefde werd bezegeld met een dochter. “Op relatief late leeftijd werd ik nog moeder. Het was voor ons snel duidelijk dat ze Keijsers zou gaan heten, mijn meisjesnaam. Jantien is inmiddels begin twintig en vernoemd naar mijn vader. Dat konden we hem op zijn sterfbed gelukkig nog vertellen. Een mooi en dierbaar moment was dat.” De komst van Jantien veranderde het leven van Dorry. Ook op het gebied van werk. “Dankzij haar kwam ik in aanraking met kinderen en besefte ik me dat ik de interactie daarmee geweldig vond. Na zo’n vijftien jaar bij ZALV beviel het me daar inmiddels ook wat minder. Het ziekenfonds werd afgeschaft en zorgverzekeringen deden hun intrede. De zorg werd alsmaar commerciëler. Dat stond me behoorlijk tegen. Het werd een schrikbeeld om dat werk tot mijn 65e te blijven doen en ik nam ontslag.”

Verveling

“Er komt altijd iets op je pad. Druk helpt daarbij niet”, stelt Dorry. Het is een credo dat haar typeert. “Dat kwam toen ook uit. Ik kreeg de vraag om de tussen- en buitenschoolse opvang voor Dynamiek te gaan verzorgen. Een uitdaging die ik best aan wilde gaan, maar dan wel als zelfstandig ondernemer. Ik schreef een bedrijfsplan en presenteerde dat. Het werd enthousiast ontvangen en voor ik het wist, begaf ik me in de onderwijssector.” Uiteindelijk deed ze het concept op haar 60e van de hand. “Er kwamen een aantal zaken samen. Ik kreeg een aanbod van een scholengemeenschap uit het Twentse land om mijn concept over te nemen en De Twister betrok een nieuw schoolgebouw. Het gaf voldoende aanleiding om de knoop door te hakken en op mijn 60e met vervroegd pensioen te gaan.” Sindsdien verveelt Dorry zich allerminst, geeft ze aan. “Naast De Twister ligt de Huiskamer van de Norbertuswijk, waar ik ondersteun bij verschillende activiteiten. En ook het deelkastje kost meer tijd dan soms wordt gedacht. Leike is inmiddels ook met pensioen en ik probeer mensen die het nodig hebben handvaten te bieden om het leven weer een beetje op de rit te krijgen. Nee, ik heb meer dan genoeg om handen.”